Woorden als brunch en Brexit noemen we porte-manteaus. Het zijn bewuste fusies van twee woorden: brunch is een samenvoeging van breakfast en lunch, en Brexit bestaat uit Britain en exit.
Daartegenover staan contaminaties: woorden die in de loop der tijd verhaspeld zijn – zónder opzet dus. Hier volgen drie verschillende gevallen van dergelijke fusies. Onder elke afbeelding staat een toelichting.

Oorlog
In het Proto-Germaans stonden de woorden *uzlagaz (noodlot, bestemming) en *uzleugiją (strijd, krijg) geheel los van elkaar. Beide begonnen ze met het voorvoegsel *uz-, dat ook in woorden als oorzaak en oorsprong zit, en beide hadden ze in het tweede lid een l en een g, maar een verwantschap was er niet.
Op een bepaald moment werden de woorden verhaspeld: *uzlagaz kreeg naast zijn eigen betekenis noodlot, bestemming ook die van *uzleugiją: strijd, krijg. Het woord *uzleugiją verdween en *uzlagaz veranderde onder andere in het woord oorlog.
In onze taal heeft oorlog alleen de overgenomen betekenis nog, maar in het Nederduitse Orlog is naast strijd ook de oorspronkelijke betekenis van *uzlagaz bewaard gebleven: noodlot. Van het IJslandse örlög is noodlot de enige betekenis. Dat gold ook voor het Oudengelse orlæġ.

Haut
Het Latijnse altum (hoog; 4e naamval) is in de Romaanse talen veranderd in onder andere alto (Italiaans), artu (Sardijns), alto (Spaans; voorheen ook oto) en outo (Galicisch). In het Oudfrans werd het haut, destijds uitgesproken als hawt. Wat opvalt is dat dat woord een h heeft die niet uit het Latijn komt. Die h is erin verzeild geraakt door een verhaspeling met het Frankische *hauh (spreek uit: hauch), het woord dat ook aan hoog ten grondslag ligt. In de middeleeuwen waren er mensen die zowel Oudfrans als Frankisch spraken en kennelijk associeerden zij de woorden dermate sterk met elkaar dat de Frankische h in het Oudfranse woord terechtkwam.
In het Middelfrans is de h verdwenen, maar haut staat nog altijd geen elisie van de voorafgaande klinker toe: la haute couture niet l’haute couture. Dat is een kenmerk van woorden met een Germaanse h. Een ander voorbeeld is le heaume < *helm.

Citizen en denizen
De Engelse woorden citizen en denizen zijn het resultaat van wederzijdse contaminatie. Het Oudfrans had twee woorden voor een inwoner: citeien (van cité; het huidige citoyen) en deinzein (van deinz, de voorloper van dans: (binnen)in). In het Normandische Frans kreeg citeien de [z] van deinzein, en deinzein kreeg de [i] van citeien (strikt genomen een [j]: [t͜sitejɛn], maar de [i] is de klinkerversie van een [j]). De gecontamineerde Normandische vormen citezein en denizein kwamen in het Engels terecht en werden daar citizen en denizen.
Geef een reactie