Vos, fox, Fuchs en foks

Een kenmerk dat het Nederlands van het Engels, Duits én Fries onderscheidt, is een [s] waar die andere talen [ks] hebben: vos, fox, Fuchs, foks. Het Germaans had een medeklinkercombi die klonk als in daags. Bij ons verdween de g-klank; elders werd hij een [k].De tekst gaat verder onder de afbeelding. De k is in... Lees verder →

Thunder en donder

Het Engels heeft thunder en day, maar het Nederlands heeft in allebei die woorden een d: donder en dag. Hoe komt dat? Het Engels heeft de Germaanse medeklinkers behouden, terwijl in het late Oudnederlands de th-klank samenviel met de d. Hieronder zie je enkele th-woorden tegenover d-woorden. (Hebben we het over het Germaans, dan wordt... Lees verder →

IJs en bruin in de middeleeuwen

In de middeleeuwen werden ijs en bruin uitgesproken met een lange ie en uu, klinkers die je ook hoort in het Engelse to believe en het Duitse Bühne. In de 16e eeuw diftongeerden ze in het westen. Dat wil zeggen: de lange klinkes werden tweeklanken. Stapsgewijs veranderden ze in onze huidige tweeklanken ij en ui.... Lees verder →

De e in het Franse j’ai eu

Het Franse eu in j'ai eu (ik heb gehad) rijmt op su en lu. Maar vanwaar dan die e in eu? Dat is een erfenis van het Oudfrans: toen werd de e nog uitgesproken als in de: eü. Eu komt van het gesproken Latijnse habūtum. Van drie klinkers en vier medeklinkers is nu één klinker... Lees verder →

Seul en neuf

Waarom spel je seul in het Frans met E en U? Omdat ‹eu› ooit een tweeklank was die begon met een e-klank. Daarnaast was er de 'omgekeerde' tweeklank ‹ue› van nuef (negen), die het Spaans nu nog heeft in nueve. Later vielen de twee samen in de huidige eu-klank: seul en nuef kregen dezelfde uitspraak.... Lees verder →

Maak een website of blog op WordPress.com

Omhoog ↑