Wat heeft het Brabants gemeen het met Italiaans? Weinig. Maar in allebei die talen vind je mijn favoriete fenomeen: spookmedeklinkers. Daar hebben bepaalde medeklinkers die al lang geleden zijn gesneuveld, namelijk nog steeds een effect. Om dat uit te leggen heb ik een video gemaakt. Daarin vertel ik eerst over spookmedeklinkers in de taal van... Lees verder →
Een Latijnse brief in het Germaans
Voor het maken van de infographic die je hierboven ziet, dook ik onlangs in de etymologie van het woord brief. Hoe Nederlands dat woord er ook uitziet, het is ontleend aan het Latijnse breve, dat ‘kort’ betekent. Die ontlening heeft al heel lang geleden plaatsgevonden, maar de bronnen die ik raadpleegde, bleken van mening te... Lees verder →
Zeggen juli dat ook?
Een tijd geleden stelde iemand mij een verrassende vraag: 'Yoïn, zijn er meer talen op de wereld waarin sommige maandnamen dezelfde uitspraak hebben als voornaamwoorden? In het Nederlands heb je mei en mij, en juli en jullie.' Ik raakte even van mijn à propos. Juli en jullie spreek je toch niet hetzelfde uit? Ik niet... Lees verder →
Joat, oui! – uit ‘Die goeie ouwe taal’
Dit artikel is een hoofdstuk uit mijn boek Die goeie ouwe taal, dat onlangs genomineerd is voor de Taalboekenprijs 2025. Onder het artikel volgt een infographic die je nog meer vertelt over het Frans, waar het laatste deel over gaat. Dat veel talen werkwoorden vervoegen, is geen nieuws. Ik schrijf, jij schrijft, enzovoort. Maar er... Lees verder →
Een Proto-Germaanse kinderboerderij
Tweeduizend jaar geleden waren er natuurlijk nog geen kinderboerderijen, maar de woorden voor de dieren die je in die minidierentuinen vindt, bestonden toen al. Ze zagen er alleen nog heel anders uit. In dit artikel vind je vier infographics, die de Proto-Germaanse reconstructies tonen van zestien woorden voor dieren. En dat niet alleen: je ziet... Lees verder →
Taal wordt niet simpeler
Het is een hardnekkig misverstand dat talen door de eeuwen heen simpeler worden. Als dat zo was, waren we allang op een nulpunt uitgekomen. Ja, talen veranderen continu, maar dat gaat twee kanten op: er gaat wat af en er komt wat bij. Zo blijft de taal altijd functioneel. In dit artikel kijken we naar... Lees verder →
Brabantse broodjes in kaart
“Is er ook een kaart van het woord voor ‘broodje’ in de Brabantse dialecten?” Een lid van Brabanders en hun Taal stelde me die vraag onlangs. Ik kon geen kaart vinden die een goed beeld gaf, dus ik besloot zelf aan de slag te gaan. Door allerlei gegevens te combineren ben ik op bovenstaande kaart... Lees verder →
Plaintjes in het dictee
Onlangs gaf ik een dictee aan een groep die ik momenteel Nederlands als tweede taal onderwijs. Het was geen dictee van het bizarre type dat NPO2 vroeger uitzond, met praktisch ongebruikte woorden als przewalskipaard, crapaudtje en konterfeitsels, maar een dictee dat liet zien in hoeverre de cursisten de Nederlandse klank-teken-koppeling onder de knie hadden. Een... Lees verder →
Winterse liefde in het Middelnederlands
Welk seizoen is het best geschikt voor het bedrijven van de liefde? In het veertiende-eeuwse Middelnederlandse toneelstuk Vanden Winter ende vanden Somer zijn de meningen verdeeld. Verdedigers van de zomer beweren dat de hitte voor zwoele gevoelens zorgt, terwijl voorstanders van de winter van mening zijn dat de kou mensen nader tot elkaar brengt. Een... Lees verder →
Proeven: Frans of Latijn?
Het werkwoord proeven ziet er oer-Nederlands uit, maar dat is het niet. Het vindt zijn oorsprong in het Latijnse probāre, dat volgens het woordenboek van Pinkster (2003) onder andere ‘keuren; testen; onderzoeken; proberen; beoordelen; goedkeuren’ betekent. Probāre is ook een tweede maal ontleend, namelijk als proberen. Het Latijnse probāre is zelf een afleiding van het... Lees verder →

