Een van de gevolgen van de Nederlandse deelname aan het EK voetbal is dat we één woord een stuk meer dan anders horen: oranje. Met de uitspraak van dat woord is iets bijzonders aan de hand: in de mond van veel Nederlanders krijgt oranje een uitspraak die afwijkt van wat je zou verwachten: o-ranje, met... Lees verder →
Dinsdag, woensdag, donderdag, vrijdag
Vorige maand heb ik vier video's gemaakt over de herkomst van de Engelse weekdagnamen Tuesday, Wednesday, Thursday en Friday. In die video's zie en hoor je hoe de uitspraak de uitspraak in de afgelopen 2300 jaar stap voor stap is veranderd volgens de taalwetenschappelijke reconstructie. Hieronder kun je alle vier de video's bekijken. Ze worden... Lees verder →
Kerk, church en tsjerke
De woorden kerk, kin en kist zijn in het Engels church, chin en chest. Waar het Nederlands een /k/-klank heeft, hoor je in het Engels een /tsj/-klank. Hoe zit dat? In dit artikel kijken en luisteren we naar klankveranderingen die het Engels een heel ander karakter dan het Nederlands hebben gegeven. Daarbij bespreek ik ook... Lees verder →
Germaans uit de tiende eeuw: Oudengels
De afgelopen maand heb ik opnames geplaatst in het Noordwestgermaans van de vijfde eeuw n.C. en het Gotisch van de vierde eeuw. Vandaag is het de beurt aan het Oudengels van de tiende eeuw n.C. Na een korte inleiding op het Oudengels hoor je een gedicht in de gereconstrueerde uitspraak. Oudengels Oudengels noemen we de... Lees verder →
Germaans uit de vierde eeuw: Gotisch
Het Nederlands heeft een overleden oudtante: het Gotisch. Het Gotisch en de Oostgermaanse tak waartoe het behoort, zijn helemaal uitgestorven. Daar staat tegenover dat er geen één Germaanse taal zo vroeg uitgebreid gedocumenteerd is als het Gotisch: er is een groot deel overgeleverd van de Bijbel in het Gotisch van de vierde eeuw n.C. Verwante... Lees verder →
Germaans uit de vijfde eeuw: Noordwestgermaans
Hoe verder je teruggaat in de tijd, hoe minder we over onze taal weten. Van het Nederlands van honderd jaar geleden zijn er al heel wat minder opnames dan van de taal van nu. Van het vijftiende-eeuwse Nederlands zijn er alleen teksten, en we mogen ons in de handen wrijven bij ieder stukje Oudnederlands van... Lees verder →
‘Factum’ in 2000 jaar
Uit het Latijnse factum 'gemaakt; gedaan; feit' is in de Romaanse talen een groot scala aan vormen ontstaan. In het Italiaans werd het woord bijvoorbeeld fatto, in het Frans fait, in het Portugees feito en in het Spaans hecho. Hoe zijn al die vormen uit factum ontstaan? Aan de basis ligt één lineaire reeks klankveranderingen.... Lees verder →
Rechtmatige erfgenamen
Het Franse musique, het Italiaanse subito, het Spaanse rosa - echte Romaanse woorden, toch? Intussen wel, maar eigenlijk zijn het Latijnse woorden in een dun Romaans schilletje. In tegenstelling tot woorden als faire, cinque en siesta zijn ze pas vrij laat in de Romaanse talen terechtgekomen. Het zijn namelijk geen erfwoorden maar leenwoorden die uit... Lees verder →
Gered van een wisse dood
Klankveranderingen kunnen het woorden soms knap lastig maken. Compleet verschillende woorden kunnen namelijk hetzelfde gaan klinken. Dat gebeurde in het Oudfrans met de Latijnse werkwoorden necāre 'doden; verdrinken' en negāre 'ontkennen': door de klankveranderingen die optraden, veranderden ze allebei in noiier. Dat werkwoord ging daardoor zowel 'verdrinken' als 'ontkennen' betekenen - vrij onhandig. In zulke... Lees verder →
Spelling als versiering
Het Frans is berucht om de letters die je niet uitspreekt. Neem parler 'praten', clef 'sleutel' en doigt 'vinger': de vetgedrukte letters worden niet uitgesproken. Sommige klonken in het Oudfrans nog wél. Parler rijmde destijds op cher, en clef klonk als ons woord klef. Maar met bepaalde letters is meer aan de hand. Doigt was... Lees verder →

